Wat is het syndroom van Quervain?
Als u lijdt aan het syndroom van Quervain zijn uw klachten mogelijk begonnen met een doffe pijn bij de overgang van uw pols naar uw duim. Tillen en krachtig knijpen of draaien maken de pijn erger. Op den duur kan de pijn uitstralen naar de duim en de onderarm.
In ernstige gevallen kan er op de pijnlijke plek een zwelling ontstaan. Soms treedt er juist gevoelloosheid op bovenop de duim en de wijsvinger.
Tussen uw onderarm en uw duim lopen onder andere twee stekpezen. Die pezen moeten bij de pols een knik maken en daarom houdt een bandje van steunweefsel, het retinaculum, de pezen tegen het bot van de pols aan.
Om ervoor te zorgen dat de pezen niet schuren tegen dit steunweefsel en niet tegen elkaar, worden ze onder dit bandje gescheiden door een tussenschot en ieder omgeven door een soort met gelei gevuld buisje. De gelei werkt als een zacht glijlaagje waardoor iedere pees makkelijk heen en weer kan bewegen. Bij het syndroom van Quervain zijn de twee strekpezen en/of de glijlaagjes geïrriteerd. Door de irritatie ontstaat zwelling. Als het glijlaagje zwelt wordt het kokertje te nauw en gaat de pees stroef bewegen. Hierdoor raakt de pees geïrriteerd, waardoor die ook gaat zwellen en bewegen bijna niet meer mogelijk is. Het proces kan ook beginnen bij een geïrriteerde en dus gezwollen pees. Ook dan ontstaat frictie met het glijlaagje, waardoor dat ook gaat zwellen.